Het gemeentebestuur heeft zijn bezorgdheid rond een tramlijn tussen Heist-op-den-Berg en Brussel nu officieel aan De Lijn overgemaakt.

Persbericht gemeentebestuur Heist-op-den-Berg

Het gemeentebestuur is net zoals vele inwoners verwonderd dat de Lijn middelen uittrekt voor de studie van dit voor onze streek megalomaan project, daar waar zij begin september de reguliere busverbindingen in de streek tussen de verschillende kernen bijna volledig afgebouwd heeft.

De exacte mogelijke tracés voor deze tramlijnen zijn vandaag nog niet gekend. Een studiebureau heeft onderzoek verricht naar verschillende varianten. In een plan-MER worden de tracéalternatieven ten opzichte van elkaar afgewogen en staat het vermijden of milderen van de nadelige milieueffecten centraal. Naderhand worden de resultaten hiervan gebruikt voor de eventuele opmaak van een gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan.

De verschillende tracévarianten bevinden zich in een uitgestrekte zoekzone van het grondgebied van onze gemeente. Deze zoekzone is schematisch afgebeeld op het liggingsplan hierbij (deelkaart Heist-op-den-Berg – Keerbergen uit het kennisgevingsdossier).

Het college heeft bij aanvang van het openbaar onderzoek aan de afdeling Bouw en Milieu de opdracht gegeven om de kennisgevingsnota aan een grondig onderzoek te onderwerpen. Dit onderzoek werd uitgevoerd door een stedenbouwkundige en een mobiliteitsambtenaar. Dit leidde tot een uitgebreid verslag, waarbij verschillende knelpunten en problemen opgelijst worden voor alle tracés op het grondgebied van de gemeente.

Het college besprak deze ontwerpnota een eerste maal in zitting van 18 december ll. Hierbij werd vastgesteld dat er zoveel knelpunten voorkomen op alle mogelijk tracés, dat geen enkel ervan verantwoord uitgevoerd kan worden. Het college verwondert er zich ook over dat de bestaande spoorinfrastructuur van de NMBS niet onderzocht wordt als alternatief. Met de huidige dienstregeling van de NMBS is men op één uur in het centrum van Brussel.

Met de zogenaamde sneltram zou dat nog altijd minstens 76 minuten vragen. Met beperkte aanpassingen aan de bestaande spoorinfrastructuur en dienstregeling zijn er zonder twijfel snellere verbindingen met Brussel mogelijk via het spoor, o.a. via Aarschot en de bocht van Leuven en via Lier-Mechelen. Hiervoor is geen bijkomende inname van open landbouw- en groengebieden nodig en geen onteigening van woningen.

Dit vergt bovendien slechts beperkte financiële middelen. In de studie ontbreken ook alle gegevens over de haalbaarheid van dit project (o.a. verwacht aantal reizigers in elke richting, kosten-batenanalyse).

Het schepencollege vindt het concept van de tramlijn voor alle mogelijke tracés volstrekt onaanvaardbaar. Het rekent er vooral op dat De Lijn eerst en vooral werk maakt van de verbetering van het openbaar vervoer in de gemeente, tussen de kernen en het centrum en het station.

Het college heeft aan de afdeling Bouw en Milieu gevraagd om het ambtelijk advies verder af te werken. Dit advies zal aan de Dienst MER en de Lijn overgemaakt worden begin januari 2013, nog voor de sluiting van het openbaar onderzoek. De Dienst MER kan deze nota gebruiken om de milieueffecten volledig in te schatten. Het college zal zijn definitief standpunt formuleren, ten allerlaatste in de eerste zitting van 2013, dus met het nieuwe college. De drie coalitiepartners van het nieuwe bestuur hebben trouwens de studie van de Lijn reeds samen besproken. Het is de bedoeling om dit standpunt op te stellen onder de vorm van een gefundeerd bezwaarschrift tegen het project. Want de initiatiefnemers aanvaarden in deze fase van het project geen bezwaarschriften van de inwoners. Dit standpunt zal aan de Dienst MER bezorgd worden en aan de Lijn. Daarenboven zal dit bezwaarschrift ook overgemaakt worden aan de leden van de Vlaamse regering, aan de leden van de Vlaamse raad uit de streek en aan de deputatie van Antwerpen.

Iedereen die dit wenst, kan schriftelijk reageren op de kennisgevingsnota. De dienst MER moet bij haar beslissing over de aanpak van het plan-MER rekening houden met de geformuleerde opmerkingen.
Men kan de kennisgeving inkijken op de afdeling Bouw en Milieu, in de kantoren van de dienst MER en op de websites www.mervlaanderen.be en www.delijn.be. Informatie over de opmaak van reacties (inhoud en vorm) kan men vinden op de gemeentelijke website.

Men kan tot en met 11 januari 2013 reacties opsturen per brief naar het college van burgemeester en schepenen, Kerkplein 17, 2220 Heist-op-den-Berg. Men mag de brief ook aan de loketten van Bouw en Milieu afgeven tijdens de openingsuren.

Men mag opmerkingen ook rechtstreeks aan de dienst MER bezorgen per brief of per e-mail. Het gemeentebestuur vraagt echter om van alle reacties ook minstens een kopie te bezorgen aan de Afdeling Bouw en Milieu.

Meer info op

• http://www.heist-op-den-berg.be/www-heist-op-den-berg-be-Tramlijn-Heist-op-den-Berg-naar-Brussel.html
• www.delijn.be/brabantnet
• www.lne.be/themas/milieueffectrapportage/inspraak/lopende-inspraakprocedures